Voorspel -
Mechelen, 12 maart 2016
"Hallo, met Merlijn…”
" ….spreek ik met Merlijn De Smet"
"Euh, Ja…"
"Ik ben Bianca Van Tornout, en ik zit in mijn laatste jaar Humane Wetenschappen in BIMSEM in Mechelen. We doen ook aan projectwerking op school. Daar zit ook een boekbespreking bij en de leraar Nederlands zei dat “Koortskruid en Drakenstaal" interessant studiemateriaal is voor ons, en eigenlijk voor iedereen van mijn generatie…"
Ja, lap. Mijn boek ligt drie weken in enkele lokale boekhandels en ik heb al een scholier aan de lijn hangen die met een boekbespreking afkomt. Waarom belt er geen serieuze literaire journalist zodat Koortskruid airplay krijgt…?
"…en bovendien wil mijnheer Apers, -da"s de leraar- er een experiment van maken…”
Apers? Zoals mijn eigen leraar die 38 jaar geleden tegen me zei dat ik mijn schrijftalent zeker niet links mocht laten liggen. Michel Apers. Zo heette die. Raar manneke, maar wel iemand die een klas op sleeptouw kon nemen. Reed met een aftandse Fiat vijfhonderd waarvan hij de deuren met fietsrekkers dichthield. Filmfanaat die ons meenam naar de dorpscinema van zijn ouders in Zwijndrecht. Of was het Burcht? De man die me voor het eerst liet zien hoe je een verhaal vertelt dat aan de darmen blijft plakken. Film of boeken, maakt niet uit. Dezelfde wetmatigheden tellen.
Enfin, het advies dat hij me gaf heb ik meer dan dertig jaar in de wind geslagen. Leven, nietwaar… Tot het toeval de hele mallemolen in beweging zette. Maar Apers was toch al een jaar of vijf dood?
"Heel de klas zal uw boek lezen en bespreken, maar ik alleen moest proberen uit te vissen uit eerste hand -van u dus- waar dat allemaal vandaan komt, waar U uw inspiratie haalt, waarom U precies schrijft wat er staat. En op het einde leggen we besprekingen naast elkaar om te zien of iedereen er dezelfde dingen in gezien heeft én of mijn gesprek met u heel andere inzichten meegebracht heeft".
Ze bleef maar ratelen. Waarschijnlijk van de zenuwen, dat was duidelijk te horen aan haar stemtimbre. Meer dan een geruststellend mmm van mijn kant kwam er voorlopig niet uit.
"Ziet U het zitten om een paar uur vrij te maken voor een interview? De leraar zei dat het nu of nooit was vermits het boek pas uit is en eens de publiciteitsmachine op gang getrokken wordt het stukken moeilijker wordt om dit nog te doen. Meneer Apers vindt het een heel interessant en spannend boek, ook voor de jonge generatie"
"Tja, het is een historische avonturenroman met een boodschap voor deze tijd" repliceerde ik.
"Dus U ziet het wel zitten…” klonk het benepen van de andere kant.
"Waarom niet. Vooral het experiment lijkt me interessant. Eens nagaan of het verhaal op zich sterk genoeg aanspreekt. Het is per slot van rekening een kleine uitgave bij een kleine uitgeverij. En ik ben ook nieuw in het vak, dus da"s training voor het grote werk voor mij ook… past volgende week woensdag voor jou, 14 uur?”
"Dat moet lukken, meneer De Smet”
"Weet je “De Olifant” zijn aan het station van Mechelen? Tweede café vanaf de bushaltes. Kan je naar daar komen?”
"Ja hoor. En vreselijk bedankt, meneer !”
"Graag gedaan. Heb je het boek al uitgelezen?"
“Eigenlijk niet, alleen een stuk nog maar. Tot de slag bij Leuven. Ik ben absoluut geen fan van bloederige boeken met veel geweld. Maar ik kan de punten goed gebruiken…”
Ik kon een glimlach niet onderdrukken.
“Maak U niet ongerust, juffrouw. Het boek is niet gewelddadiger dan nodig om de tijdsgeest te schetsen. Het gaat over mensen en hoe die omgaan met tegenslagen en lijden in hun leven. Geen zorgen hoor. Vooral over moed en vastberadenheid en leren uit fouten. Het heeft niks te maken met verheerlijken van geweld, integendeel. Dat zal je nog wel ontdekken als je verder onderduikt in de wereld van Lambert en Gherwina. Enfin: lees nogmaals vanaf het begin tegen volgende week, maar stop als Lambert naar zijn oom Gundiger vertrekt. Allez, eigenlijk tot Frideric en de pa van Gherwina ontdekken dat Lambert er op zijn eentje vandoor is. En noteer als er vragen bij je opkomen, okee? Het maakt niet uit als die vragen op het eerste zicht stom klinken. Meestal is het eerste wat bij je opkomt het juiste. Ik herhaal: tot als Gustaf en Frideric de zoektocht opgeven en het werk aan Lambert laten, okee? Aan dat eerste stuk heb je al een een hele kluif en ik wil eerst zien welk vlees we in de kuip hebben voor we er helemaal induiken hé. Als het meevalt doen we verder, afgesproken?"
Apers verdomme. Wéér toeval? Sinds ik toevallig die wegwijzer "Vikingmuseum" zag staan op de Noorse Lofoteneilanden in ’98 is heel mijn leven één aaneenschakeling van toevalligheden geworden die me gebracht hebben waar ik nu sta. Met een boek in de winkel en een ongevraagde deuk in mijn schedel. De cirkel is rond…
"Hallo, met Merlijn…”
" ….spreek ik met Merlijn De Smet"
"Euh, Ja…"
"Ik ben Bianca Van Tornout, en ik zit in mijn laatste jaar Humane Wetenschappen in BIMSEM in Mechelen. We doen ook aan projectwerking op school. Daar zit ook een boekbespreking bij en de leraar Nederlands zei dat “Koortskruid en Drakenstaal" interessant studiemateriaal is voor ons, en eigenlijk voor iedereen van mijn generatie…"
Ja, lap. Mijn boek ligt drie weken in enkele lokale boekhandels en ik heb al een scholier aan de lijn hangen die met een boekbespreking afkomt. Waarom belt er geen serieuze literaire journalist zodat Koortskruid airplay krijgt…?
"…en bovendien wil mijnheer Apers, -da"s de leraar- er een experiment van maken…”
Apers? Zoals mijn eigen leraar die 38 jaar geleden tegen me zei dat ik mijn schrijftalent zeker niet links mocht laten liggen. Michel Apers. Zo heette die. Raar manneke, maar wel iemand die een klas op sleeptouw kon nemen. Reed met een aftandse Fiat vijfhonderd waarvan hij de deuren met fietsrekkers dichthield. Filmfanaat die ons meenam naar de dorpscinema van zijn ouders in Zwijndrecht. Of was het Burcht? De man die me voor het eerst liet zien hoe je een verhaal vertelt dat aan de darmen blijft plakken. Film of boeken, maakt niet uit. Dezelfde wetmatigheden tellen.
Enfin, het advies dat hij me gaf heb ik meer dan dertig jaar in de wind geslagen. Leven, nietwaar… Tot het toeval de hele mallemolen in beweging zette. Maar Apers was toch al een jaar of vijf dood?
"Heel de klas zal uw boek lezen en bespreken, maar ik alleen moest proberen uit te vissen uit eerste hand -van u dus- waar dat allemaal vandaan komt, waar U uw inspiratie haalt, waarom U precies schrijft wat er staat. En op het einde leggen we besprekingen naast elkaar om te zien of iedereen er dezelfde dingen in gezien heeft én of mijn gesprek met u heel andere inzichten meegebracht heeft".
Ze bleef maar ratelen. Waarschijnlijk van de zenuwen, dat was duidelijk te horen aan haar stemtimbre. Meer dan een geruststellend mmm van mijn kant kwam er voorlopig niet uit.
"Ziet U het zitten om een paar uur vrij te maken voor een interview? De leraar zei dat het nu of nooit was vermits het boek pas uit is en eens de publiciteitsmachine op gang getrokken wordt het stukken moeilijker wordt om dit nog te doen. Meneer Apers vindt het een heel interessant en spannend boek, ook voor de jonge generatie"
"Tja, het is een historische avonturenroman met een boodschap voor deze tijd" repliceerde ik.
"Dus U ziet het wel zitten…” klonk het benepen van de andere kant.
"Waarom niet. Vooral het experiment lijkt me interessant. Eens nagaan of het verhaal op zich sterk genoeg aanspreekt. Het is per slot van rekening een kleine uitgave bij een kleine uitgeverij. En ik ben ook nieuw in het vak, dus da"s training voor het grote werk voor mij ook… past volgende week woensdag voor jou, 14 uur?”
"Dat moet lukken, meneer De Smet”
"Weet je “De Olifant” zijn aan het station van Mechelen? Tweede café vanaf de bushaltes. Kan je naar daar komen?”
"Ja hoor. En vreselijk bedankt, meneer !”
"Graag gedaan. Heb je het boek al uitgelezen?"
“Eigenlijk niet, alleen een stuk nog maar. Tot de slag bij Leuven. Ik ben absoluut geen fan van bloederige boeken met veel geweld. Maar ik kan de punten goed gebruiken…”
Ik kon een glimlach niet onderdrukken.
“Maak U niet ongerust, juffrouw. Het boek is niet gewelddadiger dan nodig om de tijdsgeest te schetsen. Het gaat over mensen en hoe die omgaan met tegenslagen en lijden in hun leven. Geen zorgen hoor. Vooral over moed en vastberadenheid en leren uit fouten. Het heeft niks te maken met verheerlijken van geweld, integendeel. Dat zal je nog wel ontdekken als je verder onderduikt in de wereld van Lambert en Gherwina. Enfin: lees nogmaals vanaf het begin tegen volgende week, maar stop als Lambert naar zijn oom Gundiger vertrekt. Allez, eigenlijk tot Frideric en de pa van Gherwina ontdekken dat Lambert er op zijn eentje vandoor is. En noteer als er vragen bij je opkomen, okee? Het maakt niet uit als die vragen op het eerste zicht stom klinken. Meestal is het eerste wat bij je opkomt het juiste. Ik herhaal: tot als Gustaf en Frideric de zoektocht opgeven en het werk aan Lambert laten, okee? Aan dat eerste stuk heb je al een een hele kluif en ik wil eerst zien welk vlees we in de kuip hebben voor we er helemaal induiken hé. Als het meevalt doen we verder, afgesproken?"
Apers verdomme. Wéér toeval? Sinds ik toevallig die wegwijzer "Vikingmuseum" zag staan op de Noorse Lofoteneilanden in ’98 is heel mijn leven één aaneenschakeling van toevalligheden geworden die me gebracht hebben waar ik nu sta. Met een boek in de winkel en een ongevraagde deuk in mijn schedel. De cirkel is rond…